Normaal let ik niet zo op de ontwikkelingen in cameraland. Op het moment dat ik nieuwe apparatuur nodig heb, kijk ik wat het beste bij mijn budget en wensen past. Die schaf ik aan en daar werk ik dan vier jaar mee alvorens ik weer ga kijken voor een vervanger. Een camera die vandaag gekocht is, is morgen al achterhaald.
Maar soms komt er een camera op de markt die de nieuwe standaard bepaalt. Een standaard waar de andere merken aan moeten gaan voldoen om geen marktaandeel te verliezen. De Sony a9 is, naar mijn mening, zo’n camera. Dus als je uitgenodigd wordt om zo’n nieuwe camera te testen, ook al is het maar kort, dan pak ik dat met beide handen aan.
Maar wat maakt deze camera dan zo bijzonder? Dan moeten we even naar de technische kant van de camera gaan kijken:
Laten we beginnen met de spiegel. Die zit er dus niet in. Het is een mirrorless camera en dat heeft zo zijn voordelen. Geen herrie meer tijdens het fotograferen. Sterker nog, omdat de camera geen geluid maakt, is er een optie om een kader te laten knipperen ter indicatie dat er foto’s worden gemaakt. Een vreemde gewaarwoording als je altijd met een DSLR werkt, maar wel iets waar ik snel aan zou wennen. Je kunt er natuurlijk altijd voor kiezen om een geluidje aan te zetten, die optie zit nog wel in de camera, maar ik zou hem dus niet gebruiken.
Maar het echte voordeel zit in de autofocus mogelijkheden. Bij een DSLR zit in de spiegel een klein prisma die het beeld projecteert op een kleine sensor voor het scherpstellen. Op het moment dat de spiegel omhoog klapt, is de camera dus niet in staat om de focus aan te passen. De a9 gebruikt geen aparte sensor voor het scherpstellen. En aangezien er gebruik wordt gemaakt van een elektronische sluiter, heeft de sensor altijd zicht op het onderwerp en is dan ook in staat om de focus aan te passen. Volgens Sony controleert de camera 60 keer per seconde of de focus goed is. De camera is in staat om over het gehele beeld scherp te stellen, nou ja 93% van het beeld. Dit is bij de DSLR’s zeker niet het geval. Hier zijn de scherpstelpunten vooral in het midden van het beeld gepositioneerd. Dit voordeel is echter in de praktijk voor mij niet bruikbaar. Als je in een groepje atleten net die ene atleet wilt fotograferen, wil je niet dat je camera een andere keuze maakt. Gelukkig kun je de camera ook zo instellen dat hij alleen een klein gedeelte van de sensor pakt om scherp te stellen waardoor je in staat bent net die ene atleet te pakken, ook als zit deze in het uiterste hoekje van de sensor. Nu we het toch over de autofocus hebben, die is dus wel indrukwekkend snel en accuraat. Van het ene onderwerp naar het andere switchen en gelijk fotograferen, het maakt de camera niet uit. De focus is snel aangepast en klaar voor haarscherpe foto’s.
Burst mode: met 20 beelden per seconde is het wel een beest van een camera. Je bent bijna aan het filmen. Het sd-kaartje moet dus niet alleen snel zijn, hij moet ook genoeg ruimte hebben. Voor je er erg in hebt, schiet je het kaartje vol.
Maar voor diegene die het nog niet weten; ik ben niet zo’n fan van burst mode. En 20 beelden per seconde, hoe indrukwekkend ook, is voor mij een beetje te veel. Na ongeveer 30 minuten fotograferen zat ik al op 400 foto’s! Stel je voor dat je een actie van 2 seconde schiet en daarna moet je uit 40 foto’s de mooiste kiezen!
De camera heeft gelukkig een grote buffer en met het juiste sd-kaartje is deze zo weer leeg voor een nieuwe serie. Een nadeel is dat alleen het eerste sd-slot snellere kaartjes accepteert. Ik weet niet hoe snel de buffer leeg is als je ook naar slot 2 wilt schrijven. Ik gebruik het tweede slot toch gewoon als back-up en hier komen dezelfde foto’s op als op het kaartje in slot 1.
Na 30 minuten heb ik de camera op 10 beelden per seconde gezet. Ook dat vind ik al veel maar beter beheersbaar dan 20. Maar er zullen best fotografen zijn die 20 nog niet genoeg vinden. Het voelt alsof je met een kanon op een mug schiet.
Het belangrijkste aspect is voor mij toch de kwaliteit bij hoge ISO waardes. Als sportfotograaf sta ik regelmatig in slecht verlichte hallen of op slecht verlichte velden en ISO3200 of hoger is eerder regelmaat dan uitzondering. Dus een camera moet met deze ISO waardes toch goed bruikbare foto’s leveren. En dit doet de a9, maar niet beter dan mijn huidige camera. Jammer, want mijn huidige camera kost de helft en ik had hier toch wat meer verwacht.
Kortom, toch wel een indrukwekkende camera, maar geen game changer voor mij. Het zal mij nog niet overhalen om over te stappen op Sony. Ook vanwege het gebrek om foto’s in de camera te selecteren, voor mijn workflow een erg belangrijke optie. Daarnaast is het toch wel een iets te compacte camera voor mij. Zelfs met extra grip voelde hij nog klein aan.
Maar ik hoop dat andere merken, waaronder Nikon, snel mirrorless camera’s gaan maken. Dat is toch wel iets om naar uit te kijken.